Het Handboek voor Talent is een vrolijk geïllustreerd boek over de kracht van talent. Voor iedereen die zijn unieke talent wil ontdekken en wil inzetten in zijn werk. Talent is je meest kostbare bezit. Ieder mens heeft een uniek talent. Of beter gezegd: ís een uniek talent. Je wordt geboren met talent. Het is de optelsom van alles wat jij in je hebt om iets tot stand te brengen waar een ander wat aan heeft. Om waardevol te zijn hoef je niet zo hard te werken maar slechts te doen wat je als vanzelf al goed kunt. En dat elke dag wat vaker. Iets doen vanuit je talent geeft voldoening, plezier, je gevoel van eigenwaarde groeit en maakt je minder afhankelijk van wat anderen van je vinden. Het vergroot ook je professionele waarde voor jezelf, je klanten en je werkgever. Dit boekje roept je op om je eigen talent te leren kennen en te durven inzetten. De overeenkomst tussen ons allemaal als mens is dat we zowel plus als min zijn. Je hebt een creatieve kant die wil scheppen en een reactieve kant die dat niet wil. Diep van binnen weet en herkent iedereen wat goed is. Dit ook doen in de praktijk is echter moeilijk. Omdat je in elke baan te maken hebt met mensen, is het belangrijk dat je begrijpt hoe dit werkt. We hebben allemaal ons gedraak, dat is op zichzelf al relativerend in werksituaties. Wanneer je wilt groeien als professional en als mens, doe je er goed aan om naast het ontplooien van je talent ook gepaste aandacht te besteden aan je draken en kreukels. Doe je dat niet, dan worden zo geleidelijk groter en gaan ze regie krijgen over je leven. De schrijvers geven tips over hoe je jezelf kan trainen in je leerproces. De dingen op je eigen manier doen, leidt niet alleen tot goede resultaten. Het geeft ook veel plezier. Zo kun je je werk stap voor stap zo inrichten dat het je steeds beter ligt. Vraag jezelf af: Hoe leer ik het best, wat is mijn beste overdrachtstechniek en wat is mijn sterkste deel in een realisatieproces (begin, midden, eind). In een natuurlijk tempo laat je dingen afvallen, voeg je iets toe of verander je wat. Kortom: blijf schaven. Zelfkennis ontwikkelen rond je talent, je kreukels en jezelf trainen versterkt je ‘ik’. Daar heeft een ander pas wat aan als je jezelf ook accepteert. Authentiek ben je pas als je zowel je talent als je kreukels laat zien.   Het valt niet mee hardop te zeggen waar we goed in zijn. Je talent kan ook verstopt zijn. Je vindt het vanzelfsprekend en je vergeet dat je het bent of je gelooft niet dat je een talent bent. Kees Gabriëls is vasthoudend: ik weet zeker dat elk persoon een talent is en gun het hem/haar om dit zelf te gaan zien. Het is je aard die je vervolgens in allerlei activiteiten stopt. Je eigen manier van doen die je meeneemt in elke baan, project of rol in je leven, naar elke vergadering of feestje. Het is letterlijk ‘hoe jij werkt’. Je talent in één woord benoemen geeft je nieuwe zekerheid. Het laatste hoofdstuk van het boek helpt je dat ene woord te vinden.