Jaarlijks sterven 140.000 mensen in Nederland. Daarmee zou een lijk een doodgewoon fenomeen moeten zijn in onze maatschappij. Het lijk wordt echter doorgaans zo snel mogelijk overgebracht naar een plaats waar de maatschappij er weinig tot geen last meer van heeft. Voor het lijk bestaat nauwelijks interesse en wie geïnteresseerd is in lijken kan rekenen op commentaar, bedenkelijke blikken en weerstand.

In dit boek is het lijk onder een juridische loep gelegd. Geïnspireerd door wetenschappers, politici en journalisten zijn de auteurs op zoek gegaan naar de rechten van het lijk en de plichten van hen die geconfronteerd worden met het lijk.

Dit boek is geschreven voor officieren van justitie, politieagenten (forensische opsporing), forensisch artsen en beleidsmakers. Aan de hand van praktische vraagstukken zijn de auteurs op zoek gegaan naar de juridische onderbouwing voor beslissingen en handelingen met betrekking tot het lijk.

Over de auteur(s):
Wilma Duijst is forensisch arts bij GGD IJsselland en rechter-plaatsvervanger bij de sector strafrecht van de Rechtbank Gelderland (locatie Arnhem). Zij is betrokken bij de opleiding voor officieren van justitie, diverse artsenopleidingen en de opleiding forensisch verpleegkundigen.

Tatjana Naujocks is uitvoerend forensisch arts in de regio Noord-Nederland. Daarnaast houdt zij zich bezig met verschillende aspecten van de kwaliteitsverbetering van de forensische geneeskunde: als coördinator, docent, opleider, lid/voorzitter van de vakgroep FG en het FMG en als auteur.