Het Oosten oefent steeds meer aantrekkingskracht uit op westerlingen. Op zoek naar innerlijke rust experimenteren we met mindfulness, meditatie, yoga, zen… Maar of dat tot een beter begrip van de oosterse religies leidt, is nog maar de vraag. Het hindoeïsme en boeddhisme vormen op zich een verzameling van diverse stromingen die zich moeilijk in een synthese laten vatten. Westerse uitdrukkingen schieten tekort om complexe en vreemde begrippen als wedergeboorte, karma, meditatie en leegte correct weer te geven. Bovendien vertrekt het hindoeïsme niet van hetzelfde godsbeeld als het christendom en in het boeddhisme rust zelfs een taboe op God. Maar op spiritueel vlak staan we misschien dichter bij elkaar dan we denken. Welk beeld hebben wij in het Westen van de oosterse religies? Zijn er mensen die als brugfiguur tussen Oost en West de dialoog aangaan? Zijn er in Azië zelf ontmoetingen geweest tussen de wereldreligies, en hoe verliepen die? In de ban van Boeddha en Brahman heldert een aantal misvattingen over het hindoeïsme en boeddhisme op en wil het onbegrijpelijke dichterbij brengen.